Het KMSV-Fonds publiceert in samenwerking met de Militaire Ruitersport-vereniging 'Te Paard!' een feuilleton over de paarden die van 1924 tot 1936 negen olympische medailles voor Nederland behaalden: zeven voor military (eventing), één voor springen en één voor dressuur.

Het waren immers niet alleen de militaire ruiters, maar ook de paarden (Addio, Duiveltje, Ernica, Hans, Henk, His Excellence II, Johnnie Walker, King of Hearts, Marcroix, Santa Bell, Silver Piece, Trixie, Valérine en Va-t'en) die dit eremetaal behaalden: vijfmaal goud, driemaal zilver en eenmaal brons (waarbij een in teamverband behaalde medaille éénmaal telt).

In de olympische gedachte wordt naast de ruiter ook het paard gezien als atleet. Daarom vandaag: de drie paarden die op de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn als team zilver bij het springen behaalden: Ernica CF, Trixie (rp) en Santa Bell.

Deze paarden maakten deel uit van de succesvolle Nederlandse equipe die in de jaren 20 en 30 in heel Europa uitkwam op springconcoursen in o.a. Amsterdam, Berlijn, Brussel, Dublin, Genève, Koblenz, Londen, Luzern, Nice, Parijs, Rome, Spa, Wenen en Wiesbaden; zelfs in New York. 

Bereden door destijds bekende ruiters als de Ritmeesters der Huzaren Charles Labouchere en Idzard baron Sirtema van Grovestins en de Eerste luitenants der Artillerie Jan de Bruine en Johan Greter, wonnen deze rijks-, eigen en gesponsorde paarden vele prijzen voor Nederland.

Een grote rol hierbij speelde het Colenbranderfonds, vernoemd naar Ritmeester der Huzaren Anton Colenbrander, de olympischgoudwinnaar uit 1924 die in 1929 op concours in Zelhem na een val om het leven was gekomen. Dit springpaardenfonds werd in 1930 opgericht op initiatief van Kolonel der Artillerie jhr Karel Quarles van Ufford (voorzitter KMSV, KNHS én FEI) om de roem die Nederland in 1924 en 1928 had verworven te behouden, door getalenteerde ruiters in staat te stellen om met goede springpaarden op internationale concoursen uit te kunnen komen.

Het waren dan ook de favoriete paarden van de militaire equipe die in 1936 naar Berlijn werden uitgezonden: Arkansas CF en Ernica CF (twee paarden van het Colenbranderfonds; vandaar de toevoeging CF), Santa Bell (een eigen paard) en Trixie (rp) (een rijkspaard;  vandaar rp). Arkansas CF was reserve. Klik hier en hier voor een beschrijving van de paarden.

Ernica CF (1926) was de Nederlandse favoriet. Deze bruine Anglo-Normand van de hengst Velox, een Anglo-arabische volbloed wiens nakomelingen over groot springvermogen beschikten, werd in 1926 in Frankrijk geboren uit de merrie Tirelise. Onder luitenant Greter ontwikkelde deze ruin zich tot een van de beste springpaarden in Europa. Naast een vijftigtal kleinere prijzen won de combinatie maar liefst negen eerste prijzen op grote internationale springconcoursen, alsmede:

• 1936: springen op de XIe Olympische Spelen van 1936 in Berlijn, 6e plaats individueel uit 54 deelnemers en 2e plaats in teamverband uit 18 landen, derhalve olympisch zilver team.

Trixie (rp) was een bruin rijkspaard, geboren in Ierland in 1925. Dit waren vaak Ierse hunters die als trooper werden ingezet. Net als de ruin Hans (rp) deed de merrie Trixie dienst bij de troep en als instructiepaard op de Militaire Rijschool in Amersfoort. Daar werd het door de luitenants Greter en De Bruine getraind voor springconcoursen. Het won vele kleinere en drie eerste prijzen op internationale concoursen, alsmede, bereden dooor luitenant De Bruine: 

• 1936: springen op de XIe Olympische Spelen van 1936 in Berlijn, 11e plaats individueel uit 54 deelnemers en 2e plaats in teamverband uit 18 landen, derhalve olympisch zilver team.

Santa Bell was een bruine Engelse halfbloed, geboren in Ierland in 1928, die onder Reserve Eerste luitenant der Huzaren dr Henri van Schaik vele prijzen in het buitenland behaalde, zoals de Grand Prix de Bruxelles. De merrie sprong vooral op zwaardere parcoursen 'machtig en zorgvuldig', waaronder:

• 1936: springen op de XIe Olympische Spelen van 1936 in Berlijn, 23e plaats individueel uit 54 deelnemers en 2e plaats in teamverband uit 18 landen, derhalve olympisch zilver team.

Klik hier voor het parcours in het Olympiastadion in Berlijn in 1936: twintig hindernissen op 1.30-1.60m, waaronder een dubbel, drie driesprongen en een waterhindenis van 5.50m. Slechts 38 van de 54 combinaties uit 18 landen kwamen door de eerste ronde, waarna twee barrages volgden en uiteindelijk de Nederlandse en Duitse equipes de finale voor de Preis der Nationen reden. Klik hier voor het verslag in De Telegraaf en en hier in Het Sportblad van deze springwedstrijd, waar Ernica CF, Trixie (rp) en Santa Bell olympisch zilver in teamverband behaalden.

Na 1936 zou het meer dan vijftig jaar duren voor Nederland weer een olympische medaille bij het springen won (klik hier).

Dit is deel 2 uit een serie over beroemde militaire paarden. Klik hier voor deel 1 (Drie dressuurpaarden met olympisch brons). Deel 3 gaat over de vier Nederlandse militarypaarden die olympisch zilver behaalden. Klik hier voor meer informatie over het KMSV-Fonds en de illustere geschiedenis van de militaire ruitersport.